zondag 1 februari 2009

zondag 1 februari

In Heimelijke vreugde van A. L. Snijders lees ik met mondjesmaat. De stukjes van Snijders - het zijn stukjes die hij voor de weekendeditie van de Deventer Dagblad Combinatie schreef - zijn het product van een fijnzinnig stilist. Op bladzijde 44 (een envoie aan de hoofdredacteur van de Deventer Dagblad Combinatie) citeert hij Man Ray: 'Ik ben niet geïnteresseerd in vakmanschap. Het wemelt in de wereld van vaklui, maar er zijn maar heel weinig handige dromers.' Waar Snijders aan toevoegt dat het geen betoog hoeft dat hij het eens is met Man Ray: 'Daarom heb ik deze opmerking ook in een boekje genoteerd.'
De fuif van gisteravond - 't was niet echt een fuif, we dronken bier, stookten de houtkachel op tot het ding trilde - zorgt voor een trage en moeizame ochtend. Ik lees wat in Heimelijke vreugde en neem de inbox door, aanvankelijk met tegenzin want 't is altijd wat. Geen televisie, geen radio, geen leeg gelepeld dagbladvulsel. Wel herinner ik me dat Judith had gezegd dat we naar een film hadden kunnen kijken.
Dat gedoe met youtube gaat gauw vervelen.

Reinhard belt me. Alles goed, vraagt hij. Alles goed? Wat moet een mens daar op antwoorden. Met Snijders: 'op een ochtend wordt de wereld wakker en haar plaaggeesten zijn verdwenen, de mensen zijn weg.' (elk stukje van Snijders heeft meer van dit soort zinnen: 'opluchting. Niet meer alleen.')
En hoe het met Brainbox zit... Reinhard wil weten hoe het Brainbox zit, ha ha ha. Hoe het met Brainbox zit. Straks is er een pannekoekenfeest, zeg ik. (Reinhard schatert) De fuif van gisteravond werd wat we dachten of in elk geval wat we verwacht hadden terwijl we natuurlijk net zo goed wisten dat je geen verwachting hebben moet. Zit je toch maar nodeloos te piekeren.

Gisteren kwamen Daniëlle en Annelouk een kijkje nemen. Lieve, het zusje van Annelouk, lag veilig opgeborgen in een wagentje. Straks zitten ze in Australië, de hele familie. Daniëlle heeft een zus die in Adelaide woont. Volgende week is er een afspraak met Stefaan en Steffie. Uitzoeken hoe ze unit 7 aanpakken. Daniëlle in het withete zonlicht aan de zuidkust van Australië, Steffie en Stefaan in de frigobox van de witte ruimte. Daniëlle werkt wel vaker op die manier. Na Australië heeft ze een afspraak in Groningen met kunstenaars die op dat moment een project in Ijsland hebben. Long distance. We keken naar filmpjes van Barbapapa en beertje Collargol, Annelouk is er gek op. Daniëlle is er mee opgegroeid. Bart en schrijver dezes zijn van de generatie van Kapitein Zeppos. Later is er beertje Collargol van Jiskefet. Vraagt Annelouk zich af wat dat vuur daar hangt te doen. 'Het zit aan elkaar vast,' besluit ze. Het dak en het vuur.

Het recept heb ik van m'n grootmoeder. Meel is het basisingrediënt. Wat voor soort meel je gebruikt, doet er eigenlijk niet toe. Zelfrijzende bloem, tarwe, spelt of boekweitmeel, het eindresultaat is een sluier van deeg die zo dun is dat een zucht volstaat, het smelt op de tong.
Het hele idee is dat je het deeg zo dun en consistent maakt dat het op dik water lijkt. Mijn ervaring met pannekoekendeeg is dat je het zo waterig kan maken als je maar wil, zolang je er maar voor zorgt dat het binnenin dik en elastisch blijft.
Zout, gesmolten boter, vanille of suiker, het eigeel van minstens 3 eieren (hangt van de hoeveelheid meel af), alles traag dooreen mengen. Het is belangrijk dat het traag en snel gebeurt. De specie traag dooreen mengen, traag maar met een snelle beweging, daar gaat het om. De boter en het eigeel maken het deeg gladder. Breng het deeg op smaak met een vlok kaneel, eetlepel. Klop het eiwit op tot het stijf staat als sneeuw. Roer het eiwit door het deeg zonder het deeg aan te raken.

We staren naar de houtkachel. Bart had alles bij wat we nodig hebben. Judith springt binnen, wat later Melanie. Els en Ide komen er bij zitten. Het wordt een trage dag, we kijken naar Playtime van Jacques Tati en drinken koffie. Jan springt binnen.

Geen opmerkingen: