zondag 7 juni 2009

zaterdag 23 mei 2009

vrijdag 22 mei 2009

zondag 3 mei 2009

zaterdag 2 mei 2009

vrijdag 1 mei 2009

woensdag 29 april 2009

zondag 12 april 2009

zaterdag 11 april

zki 1 (zeer kort interview 1)

'Dat ik supersnel vergeet,' zegt Kelly. 'Daarom wou ik een gat maken in die blog,' zegt ze. Ook zegt ze iets over parallelle verhalen, een proces van eliminatie (het verdwijnen van elementen) en N'man die z'n atelier afstapt.

Wat ze niet weet, ik ga er van uit dat ze dat niet weet, is dat ik niet veel zin had in nog een blogspot want ik had er al een en daar kroop emmers tijd in. Verbaast het dat iemand die zich met z'n varkens en biggen bezig houdt zeer korte verhalen schrijft.
In discussies hierover zullen we dus beide theorieën hanteren, dat de blogspot het centrale gegeven is, de theorie van Kelly (Kelly's Theory) en de andere, die van ons en dus ook van de weersomstuit waar het mij om gaat: de vele transformaties. Twee theorieën, twee waarheden. Dat komt goed uit: Wat waar is, begint er met minstens twee. Honderd waarheden leidt tot wijsheid.
Voor op zichzelf staande waarheid hebben we een ander woord: autisme. Actuele kunst is zo'n op zichzelf staande waarheid. Daar ga ik zo meteen dieper op in.

Wat Kelly bedoelt met 'Jelle snuit z'n neus', dat dat een triviaal element is. Dat hier een kern van waarheid is. Dat het zonder betekenis is.
Is het zonder betekenis? We komen in een spanningsveld. Observatie maakt deel uit van die betekenis en in schrijven kruipt tijd. Een spanningsveld ook, dialectisch, tussen wat is objectief en subjectiviteit.
Kelly geeft toe dat ze super veel vergeet. 'Daarom wou ik een gat creëren in die blog,' zegt ze. En: 'Hoeveel keer kunnen zich parallelle verhalen ontspinnen?'
Duizend keer en een.

Het is (zegt ze) een proces van eliminatie: verdwijnen van elementen. De witte poes. Een kunstenaar die z'n atelier afstapt.

waarneming

De zwarte vloer. In de corridor spoot iemand this one got censored op de muur. Graffiti. De muur ter linkerzijde. Iemand werd het zwijgen opgelegd. Daar ging het om. Ging en gaat: Het is de kern van het actuele discours. Zwijgen. De theoretici hebben zoveel gezegd dat daar weinig tot niets aan toe te voegen is. Actuele kunst is een theorisme, een zwart gat. Hoe meer het om betekenis - en alleen nog om betekenis en inhoud gaat - hoe minder betekenis en inhoud het heeft.
Ze hebben de vloer zwart geschilderd.

In de corridor, op de muur ter linkerzijde, onderaan, hebben ze de tekst BUT LET ME TELL YOU ANOTHER STORY aangebracht. Bart eerst met bruine tape. Potverdikke, ik kan geen rechte lijn trekken, hattie gezegd. Ik had toen al besloten om geen letter op papier te zetten: Alles zou - nieuw spanningsveld - herinnerd worden, observatie gefilterd door een zeef met, naarmate de dagen verstreken, steeds groter wordende gaten. Geen zwarte maar op vergelijkbare manier net zo virtueel want geen echte gaten. Het was donderdag of vrijdag toen ze aan de tekst begonnen. Een dag eerder was Kelly met krijt bezig geweest: met lichtblauw stoepkrijt bracht ze de tekst in hoofdletters op de muur aan. Toen ik zag wat het geworden was (een dag later was dat, op vrijdag als ik het goed heb), bracht ik een eerste zin van Witold Gombrowicz te berde: 'BUT let me tell you another even more intriguing story.' Die zin is een op zichzelf staand meesterwerk. Er is een verhaal waarover we niets te weten komen en het verhaal dat we voorgeschoteld krijgen, wat ons niet veel wijzer maakt. Kelly vroeg waarover het ging, dat tweede verhaal, 'BUT let me tell you another even more intriguing story'. Dat is niet uit te leggen, zei ik. In moordende hitte stappen twee personen over een bosweg. In het bos zien ze een vogeltje, het is dood, hangt aan een touwtje, het touwtje om de nek van het dode vogeltje. Ze jakkeren door het woud, belanden na verloop van bladzijden op een plek waar mensen wonen. Hier logeren ze gedurende enige tijd. Zoals altijd bij Gombrowicz (ik heb het werk van Michaël Borremans wel eens met dat van Gombrowicz vergeleken): ijzingwekkende, onuitspreekbare gruwel. Gruwel omdat je niet weet waar je het hebt. De betekenis is zoek. (Geen verklaring, geen reden, geen oorzaak.) Bijvoorbeeld aan het eind van de roman krijg je geen verheldering. De opheldering van een detective: waar het om gaat. Geen opheldering, dus, kortom, in elk opzicht een meesterwerk. Waar Ingmar Bergman een grootmeester is - de feiten worden niet opgehelderd - en waar Woody Allen net zo vaak faalt.
En waarom theorie en actuele kunst nooit iets wordt. Theorie is voor lui die er niets van snappen wat het meteen ook totaal overbodig maakt.

waarneming

Gaten, pluggen, vijzen, de onooglijke - onbelangrijke, niet beangstigende - resten van een vorige ingreep.

In de witte ruimte met zwarte vloer word je met drie elementen geconfronteerd, ongeveer gelijktijdig: (a) de witte kat (Groseille heet ze), (b) een zigzagpatroon van dunne (witte) strepen en (c) een ovalen lichtvlek die afwisselend traag/snel door de ruimte meandert.
(a) is een film van Thomas Bogaert, (b) een werk van Bart Lodewijks, (c) een ingreep van Kelly Schacht.

(a) Groseille, een witte kat, is een van de huisdieren van Ann en Gaetan, de buren. Ze hebben een zwarte kat, ook. Het bijzondere aan Groseille is: ze is volledig wit.
(b) Parallelle en zigzaggende lijnen aangebracht in de zwarte vloerverf. Het wit van de witte lijnen is het wit van Brainbox1 unit 5 (wit aangebracht door Pieter Vermeersch, Eva-Maria Bogaert en Lieve D'hondt, november 2006). (een kruispunt van acties: in de witte lijnen die Bart Lodewijks in de zwarte vloerverf aanbracht komen brainbox1 en brainbox2 samen)
(c) Een zoeklicht.



later

Kelly leest in Nooit meer naar de Noordkaap van Bart Lodewijks. In Particles (crox-boek NR. 2) is ze op bladzijde 27 gestrand.
Ginger, Spencer, Annemie, Jelle en Sarah, 6 maand zwanger, buikje. Anonimae. Daniëlle (unit 7), Annelouk en Lieve.
DAT DE WITTE POES EEN INSPIRATIEBRON IS, roept Kelly.
-Wat zegt ge? (lawaai, muziek, Kelly is in Nooit meer Noordkaap op bladzijde 14 aanbeland)
DAT DE WITTE POES EEN INSPIRATIEBRON IS.
Eerst heeft ze de laatste bladzijde gelezen. Wat ik deed met Finnigan's Wake: de laatste bladzijde.
In het boek van Johan De Wilde zit ze onderaan bladzijde 27.
Rond een uur of negen vallen opeens een dozijn bezoekers binnen, Anonimae, nooit-eerder-tegen-het-lijf-gelopenen. Frederik Van Simaey, een uitzondering die de regel tot overspel dwingt. En Karel die toegeeft dat hij een teve-junk is. Later Stijn en Steffie. Vooral onbekende gezichten.
Ik open crox-boek NR.2 en vinger naar bladzijde 27: 'Eigenlijk maak ik steeds monochromen...'
'Wat ik ook gedaan heb,' zegt Kelly... Ze heeft de camera's - unit 3, Antoine Van Impe, binnen gestoken. Een streepje, een komma of drie puntjes: detail. (maakt het uit of die of andere zin gecensureerd werd?)

THE PUPPET

die kat ---> witte vlek ---> sauna ---> kat als pop
poppenkast
Groseille

Bart met het idee. Poppenkast. Een poppenkast maken. Dat had Kelly zeer goed begrepen. Ze leest in Nooit meer naar de Noordkaap. Is Bart oorzaak, is Bogaert verzonnen? Bogaert had 's ochtends die poes gezien. Een witte poes. Dat filmen! Witte poes op zwarte achtergrond! Dus dat ze die kubus best wilden gebruiken. Dus sauna werd poppenkast. En toen kwam Groseille. Ze hadden het idee om de kinderen van het naburige schooltje te engageren. Daniëlle, vertelt Bart, is ooit weggelopen van huis. Het enige wat ze meegenomen had: een grote zak met knikkers. Kwam die kat binnen kijken. Groseille. Ik dacht, zegt Thomas: als we de vloer zwart schilderen dan film ik dat op een zwarte ondergrond.
'Dat beest is twintig minuten binnen geweest,' expliceert Thomas Bogaert, 'en ik moet zeggen, ik was in vorm, ha ha, ik heb het goed geregistreerd, ha ha ha': een van de dochters van Ann en Gaetan is met Groseille binnen gekomen. De poort ging op slot. Alles bij elkaar heeft het niet eens een uur geduurd.

drie seconden

De betekenis, dat is het andere verhaal. De kunstenaars waarmee dat eindigt en begint. Actuele kunst, dat moet de hele tijd door gereanimeerd worden. Het is een cul de sac.
Jacques Derrida, grapt Bart Lodewijks, heette eigenlijk Jacky. Daar kon hij natuurlijk als filosoof niet mee uit de voeten. Ha ha ha. Korkodil, als filosoof, schavuit, Mildran, verkeerd begrepen als gran mil de nada, een dikkedrol. 'Jacques' Pinkelman, ik zie het Pinkelman zeggen.

zondag 22 maart 2009

zaterdag 21 maart 2009

donderdag 19 maart 2009

donderdag 19 maart

woensdag 18 maart

Hans Demeulenaere en Vincent de Roder in koor: We gaan het kot demonteren. En dat doen ze dus. Ze demonteren het kot en terwijl ze daar mee bezig zijn springt Böing binnen.

plan 1

Ze maken een replica van het houten kot.
Gyproc.
Ook de kachel in gyproc.

plan 2

Het kot extra isoleren. De surrogaatfunctie van de kachel uitvergroten. Het is de kachel immers die de functie van het houten hok bepaalt. Door het hok weg te halen en te verplaatsen, nemen ze de functie weg.
Naast de houtkachel komt een schaalmodel in gyproc.

avond

Aanbellen op Halvemaanstraat 113. Marc opent. Böing zit in de auto. We hollen naar de auto.
Thomas kwam met het idee op de proppen om croxhapox in Köln te introduceren, een groepsproject in de Artothek en crox puur, geen toegevingen, dat spreekt voor zich.

Böing is bijna te groot voor de auto. We rijden naar het logement, om de hoek bij Marc en Frips. Thomas stapt uit, belt aan. Er hangt een karton voor de brievenbus:

GEBRUIK
ANDERE
BRIEVENBUS ---->
(pijltje)

Jan expliceert fase 2. Het kot is gekanteld. Ze hebben het functionele weggehaald. De replica in gyproc gaan ze niet doen. Jan zag het niet zitten, had vetorecht. Wat ze wel gaan doen: de kachelpijp komt horizontaal.
De achterwand werd dak, het dak voorkant, de voorkant is in vloer veranderd, wat vloer was werd achterwand.

zondag 15 maart 2009

dinsdag 3 maart 2009

zaterdag 28 februari 2009

vrijdag 27 februari 2009

vrijdag 27 februari

Telefoon van Robbert. Hij en Frank zijn in New York geweest. Na de middagpauze Steffie. Plaat drie wordt afgewerkt, een plaat met een gat, een gat voor de kachelpijp. Het gesprek komt op Feist en Downs. Sneed Stefaan in z'n vinger. Cathy van Multimediale springt binnen. Eerst hadden ze een logement in Manhattan, vertelt Frank, in het Jazz Youth Hostel. Dan iets aan 54st street, vlakbij 7th Avenue, tussen het Hilton en Moma. Later in hetzelfde gebouw bij een 84-jarige dame die ooit nog de manager van Hughes Jackman geweest was. Het eerste ruitje zit er in. Het dak is ok. Bestuurslid Coene springt binnen. Robbert en Frank vertellen honderduit. Ze kwamen in Brooklyn terecht, 866 Heart Street, gang territory, de Mexicaanse buurt.
Anekdotes. Pas terug van een verre reis leven we nog weken in een roes van stofvrije anekdotes, anekdotes die tegen een stootje kunnen.

Steffie reinigt het plexiglas. Stefaan plaatst de ruitjes.


donderdag 26 februari 2009

donderdag 26 februari

'We zouden de kachel al eens kunnen aansteken,' zegt Steffie. Ze zijn met het dak bezig.

'Is dat dak?' vraag
en antwoord 'Nee,
deur.'
Stefaan vult aan: 'Dat is de deur waar we mee bezig zijn.'
De deur. Ze zijn met de deur bezig. Een lange en smalle deur die in de wand ter linkerzijde komt.
Nu het houten bouwsel bijna af is, werd hier en daar een mankementje zichtbaar.

'Het dak wordt nog wat hoor,' lacht Steffie, 'zet u schrap voor het dak!'

Geen sinecure: het bevestigen van de scharnieren. (twee scharnieren van verzinkt staal - acier zinqué - van het merk SENCYS)
Dus de deur plaatsen, (knelt een beetje, 't scheelt twee millimeter) dan de scharnieren plaatsen, intussen een figuurzaag kopen, een zwart schuifslot en, want misschien net iets te groot, een tweede dat wat kleiner is, twee schuifsloten dus, dan de gaten afwerken waar het plexiglas van de cloche komt.

Stefaan: 'Godverdomme, hebt ge dat nu al geweten, een boor die in twee breekt!' (brak een boortje in twee stukken)
Ik: Een boor die in twee breekt?
Hij: Een boor die in twee breekt.

Het dak komt er aan, de eerste plaat. Maar: er moet 6 centimeter af. 6 centimeter want... En het bovenvlak van de cloche wordt een dakraam dus hebben ze eerst een vierkant uit die houten plaat te snijden.
Karz komt een kijkje nemen en is een ogenblik later al met een beeldhouwwerkje bezig. Stefaan is in z'n nopjes met de figuurzaag, een BOSCH PST 700 PEL (low vibration), met zo'n gerief schiet het op he.

Goed, afijn, de tweede plaat gaat er op. Normaal gesproken heb je daar natuurlijk eerst enkele weken over te theoretiseren, je organiseert debatten, nodigt theoretici en critici uit, stelt een werkgroep samen die twee keer samenkomt en na drie weken tot het besluit komt dat een volgende stap inderdaad de meeste logische is. Zijn ze verbaasd dat het niet opschiet. Hebben ze niets gemerkt van het hele werkproces.

Tuur Delodder en Tim Onderbeke springen binnen. We zijn aan het kubusballen: schoentipsjotten met houten kubusjes. Het gesprek komt op Feist en Geraint Watkins.

woensdag 25 februari 2009

woensdag 25 februari

Onafgewerkt - alleen de achterkant en de korte wand ter rechterzijde staan overeind - heeft het houten kot het karakter van een theaterdecor.

Stefaan is er niet. De muur die vooraan komt is afgewerkt en ligt klaar om gemonteerd te worden. Met de korte wand ter linkerzijde zitten ze halfverwege. Steffie toont een filmpje dat ze gisterenavond nog gemonteerd heeft: as en roet, zagemeel, rondtollende lichtbundels, een figuurtje dalend, een figuurtje stijgend.
Zodra Stefaan weer van de partij is - hij komt van de tandarts - vliegen ze er tegenaan. Thomas Böing (unit 8) betreedt de witte ruimte. Hij en de andere leden van unit 8 hebben een afspraak. Van die andere leden van unit 8 geeft uiteindelijk alleen Hans Demeulenaere present. Ze steken een handje toe.

kort overzicht van het parcours

unit 2... Desacralisatie. Filmpjes. Eentje met, eentje zonder Marina Yee. Het is Marina die op het idee komt om de achterwand pissig roze te maken.
unit 3... Drie aparte ingrepen. Dun raakvlak. Tekeningen, wegwerptoestelletjes, water.
unit 4... Versnippering. Wind. Vrieskelder. In de corridor komt een rommelhok. Ventilatoren. Een waaiende papierzee.
unit 5... Warmte. Een houtkachel, dekens, brood bakken, youtube. Het roze wordt wit geschilderd.
unit 6... Omkering van binnen en buiten. Video, mindmapping. Ze gaan filmen in Sint-Martens-Latem. Een groot deel van de eerder ingebrachte spullen verdwijnt in de stockruimte.

dinsdag 24 februari 2009

dinsdag 24 februari

Stefaan met de vraag of we enveloppes hebben. Ze gaan de wegwerpcamera's die Antoine Van Impe inbracht via E-bay te koop aanbieden.

Ook de andere spullen, misschien.

Steffie is van plan om te filmen. Ze maakt een figuurtje met ijzerdraad, blauwe tape en een stuk hout.
Ik bel bestuurslid Coene. Het totaal van de wegwerpcamera's die Antoine inbracht, komt op 43. Stefaan maakt foto's - een portret van de identiteit van elk toestel: vlekken, inscripties, troep die aan de voor- of achterzijde terecht kwam (de toestelletjes, redeneert hij, hebben hierdoor een specifieke identiteit) - en steekt elk exemplaar in een genummerde enveloppe.

dinsdag 24 februari

maandag 23 februari 2009

maandag 23 februari

Godverdomme, niet om te lachen he, zeiden we, zo'n kachelpijp. Stefaan is met een lintmeter bezig, Steffie kijkt toe. Meten hoe lang en hoe breed het voetstuk is. Hanssens heeft platen geleverd en Stefaan ging om balken, dat waren ze vergeten. Tom Waits walmt uit de speakers. Steffie heeft wat beeldmateriaal naar Daniëlle gestuurd, een foto van de houtkachel. De kachel, dat was zaterdag. Bart had zich bereid verklaard om een handje toe te steken. Hij wist hoe het moest. Ze waren er de ganse namiddag mee bezig, hij en Steffie. Zo'n kachelpijp is niet om te lachen. Bart stond met hoofdbrekens, kon zich niet meteen herinneren hoe ze het gedaan hadden. Het was Gerd die dat wist en Gerd was er niet. Bart zei dat Gerd als een aap op die stelling bezig was geweest. Met ijzerdraad. En het gewicht van die kachelpijp en dat de opening onderaan niet op de kachelbuis steunen mag en het belangrijkste, wat Bart zich niet herinneren kon. Godverdomme, zeiden we.
Stefaan meet het voetstuk, Steffie gaat om broodjes.

Volgens Stefaan moet er 6 centimeter van die platen af. Hij heeft het berekend, uit het blote hoofd, er moet 6 centimeter af.
De situatie is nieuw, zegt hij. 'Ik ben zodanig gewend om alleen te werken...'. Hij en Steffie dat is een blind date he, ze hebben nooit eerder samen gewerkt en van Daniëlle wist hij ook al helemaal niet. Het is een interessant gegeven, redeneert hij, je wordt geconfronteerd met iets waar je in je atelier helemaal nooit mee geconfronteerd wordt: iets dat er al is en een blind date.

Ze gaan aan het werk. Stefaan weet hoe het moet. Balken klaar leggen, platen optillen, gaatjes boren, kortom het begin van wat een houten constructie wordt. Bouwen, ze gaan bouwen, dat is wat ze gaan doen, bouwen. De kachel komt in een houten kot.
Steffie is bezig met een handboor, blaast het zaagsel uit de voegen. De logica, de vanzelfsprekendheid, het gemak van een samenwerkingsverband. Het was niet anders met unit 2, met unit 4 was het niet anders, met unit 5 was het niet anders, niet anders was het met unit 6: een spontane bundeling van krachten, focus. Met twee kan je meer dan alleen. Soms ook omgekeerd: elftal, kudde, stamppot, soep. Veelheid stremt snelle besluitvorming, massa stremt beweging.
Een demonstratie tegen de veelheid... in de kleinste kamer.

Stefaan wijst. '... kunt ge er daar tegen duwen?' (tegen plaat twee bedoelt hij)
Steffie zegt: '... tegen duwen.' (herhaalt ze)
Stefaan: 'Ja, tegen duwen.' Dan plaat aan balkjes vijzen en het voetstuk opmeten. Het is een meter, de lengte van het voetstuk. Negenennegentig en een halve centimeter. Heel even kijken ze elkaar aan, ze bekijken het getal en wat het is: net geen meter. Ze hadden het besluit genomen om het hok niet in de lengte maar dwars op de ruimte te plaatsen. Net geen meter bepaalt de ruimte aan weerszijden van de kachel. In het hok komt de houtkachel als het altaar in een kapel, hoewel dat niet meteen de bedoeling is. In een rovershol of in het bouwvallige hutje van turfstekers zou de kachel wellicht net zo goed op die plek staan, dwars in het hok, dicht tegen een van de korte muren aan zodat het hok zelf voldoende ruimte blijft hebben - ruimte om te staan, om te zitten, om te liggen desnoods. Net voldoende ruimte om op een stoel te zitten, krant lezen, pijpje roken, op de Dewalt afkortzaag strijkt een reiger neer. Je zou er een droogrek kunnen plaatsen, een houten bankje en een boekenrek met delen 1 en 2 van Heimelijke Vreugde. Dus de meest functionele plaats die een houtkachel in zo'n kleine ruimte hebben kan.

De bit-set die we hadden, is versleten. Ik rij om een nieuwe, dit keer de 'universal bit set' van varo, 98 stuks. Stefaan en Steffie werken de houten vloer af. Als dat gebeurd is, beginnen ze aan de muren van het hok. Ze werken stevig door. Stefaan weet hoe je dit soort koterij aanpakken moet. Vaak staat hij gedurende enige ogenblikken strak voor zich uit te kijken en zegt dan: 'zo moet het'. Steffie zet de stukken aan elkaar vast, blaast het zaagsel uit het boorgat, plaatst de boor, duwt. Met de nieuwe bit is 't een makkie.
We halen de cloche uit de stockruimte. Moet je nagaan wat in de stock gedumpt werd... Voor Stefaan en Steffie staat het vast dat ze alle eerder ingebrachte elementen samenbrengen en herinterpreteren. Hoe ze dat gaan doen is voorlopig niet helemaal duidelijk. Wat ze wel al weten is dat ze de cloche in het bouwsel zullen verwerken, dat het ruiten worden, het bovenstuk van de cloche een dakraam, het met velours afgewerkte plankje een vloermat. Steffie haalt de cloche uit elkaar.
De schone kant van de platen komt aan de buitenkant. Aan de binnenkant komt... Je kan niet iets doen zonder het niet te doen. Door het niet te doen besluit je om het toch te doen. Door het toch te doen, deed je niets. Omdat niemand iets deed, gebeurde wat je eerst niet van plan was geweest. Wat vloog viel en kwam in een web van kruimelend stof. Aan de onduidelijke stofdeeltjes blonk licht. Binnen- en buitenkant zijn een en hetzelfde. 't Is als in een menage, (grapt Stefaan) de vrouw beslist.
Het afkorten brengt miserie, een van de planken is schuin afgesneden en moet opnieuw. De miserie is dat de geplande opeenvolging van de vele handelingen een nieuwe volgorde krijgt. Dat alles opnieuw moet, is elementair. Het is elementair en toch hou je er geen rekening mee. Zo is het nu eenmaal.
De balkjes komen aan de buitenkant. Vraag waar de ruiten komen.

zaterdag 7 februari 2009

donderdag 5 februari 2009

woensdag 4 februari 2009

donderdag 4 februari

namiddag

Ze hebben de kachel weggehaald. Het duurt even voor ik ontdek waar het ding staat. Sinds unit 4 zijn er nog wel meer dingen uit het project verdwenen. Die tuinslang van Honoré, om maar een voorbeeld te geven, de wegwerpfototoestellen die Antoine inbracht.

dinsdag 3 februari 2009

dinsdag 3 februari

We rijden naar Sint-Martens Latem. Grégory, Michel en Yannick willen in Sint-Martens Latem filmen. Michel en Yannick hebben dekens om (de dekens van unit 5), Gregory is in oranje werkkiel en tilt een emmer met restanten van unit 5. Z'n oranje kiel zit vol zwarte vlekken en heeft een naam trouwens: Marcel. Ze maken grapjes, hebben geen idee hoe je van Gent naar Latem rijden moet. Er zijn twee routes. Ik neem de pittoreske route, via de watersportbaan, dan Afsnee en de brug over de autosnelweg, heb het traject zo vaak gedaan dat ik er niet eens bij hoef na te denken. We belanden voor het verkeersbord waar Latem begint. De regio is semi-agrarisch, villa's grazen aan de straatkant, 't is een desolate plek. Ze stappen uit, filmen. Wat kan je doen. Grégory torst een emmer met as, Yannick en Michel hebben dekens om, Jerome hanteert de camera. Ze knielen en strooien de as op de openbare weg. We rijden naar het rondpunt en laten de auto's op een parkeerplaats vlakbij een kledingzaak. Wat ze van plan zijn weet ik niet. Wat wil je weten, wat we weten, verdoemenis. Jerome filmt, Yannick, Grégory en Michel stappen over het asfalt. Wat we weten: ze stappen naar het kerkje. Aan het rondpunt knielen ze voor een Porsche. 'Vive la Porsche,' prevelt Michel', 'vive la Porsche, vive la Porsche.' De nummerplaat van de Porsche: CSM427. Een taxushaag bakent de wegrand af. Jerome filmt. Er is de etalage van een juwelierszaak, bijouterie Foulon, en naast de parking van L'Homard Bizarre een kreeft van brons.
We betreden de dorpskern. Hier is nog meer brons. Latem bulkt van het brons. Meesterwerkjes: een kreeft, een zwangere vrouw, het half in de bodem van een weide weggezonken kadaver van een liggend naakt. Op een van de straathoeken vlakbij het kerkje is een ING vestiging. Ook dit is Latem, de banksector is er goed vertegenwoordigd, hier wonen mensen die zich beperken tot het geld dat ze hebben.
Yannick en Michel knielen voor de ingang van De Klokkeput. Klanten verlaten het restaurant, kijken toe, stomverbaasd. Jerome filmt, Grégory stapt heen en weer. Wat verderop is een pastorij.
De dorpskern van Sint-Martens-Latem, met het witte kerkje - en om het kerkje een muur van witte baksteen en de bomen en het gazon en een ING vestiging op een van de straathoeken - wordt gedomineerd door het politiekantoor. Het is een gigantisch bouwsel, witte muren, een postmodern obstakel pats midden de dorpskern. Op het gazon bevindt zich een beeldhouwwerk. Michel gaat op de knieën voor een motor, een Aprilia Classic met donkerblauw koetswerk. Terwijl Yannick en Grégory doorstappen, neemt Michel even de tijd om te knielen voor een in het gazon ingewerkte inscriptie, een verweerd stuk arduin met het karakter van een graftombe waarop de namen vermeld staan van een aantal plaatselijke notabelen. We stappen over het gazon. Het gras is aangedikt met mossen, een sponzig tapijt. Ter linkerzijde, halverwege de trechter, werd een versregel van Karel van de Woestijne aangebracht op de witte muur:
stilte is de stelligheid
die nooit begeeft
Yannick, Grégory en Michel stappen naar de doorgang. Er is een wegje dat linksop tot aan de oever van de Leie gaat. Ze keren op hun passen en knielen voor de versregel van Karel van de Woestijne. La silence, une sureté qui jamais ne succombe. Ze werpen de as, Jerome filmt, we stappen over het dikke mostapijt, passeren het politiekantoor. Een van de functionarissen zit vlakbij het raam, kijkt geamuseerd om.
Aan de andere rand van het dorpsplein is een brons van Karel Van de Woestijne. We stappen naar de Leie. Ze herhalen het ritueel, Yannick en Michel knielen, strooien as, Grégory torst de emmer en geeft commentaar, Jerome staat onder een appelaar, filmt. Appelaars, zwart van de winterse regenbuien, grappige wilgjes, rietvelden, drassige weiden. Een vlok eenden waait over de Leiebocht. Waterhoenen stappen over het weiland aan de andere oever, een dertigtal, ze gaan met z'n allen te water, bootjes van zwart papier met naarstig peddelende pootjes. Yannick en Michel knielen, gooien de as, Jerome filmt, de as tuimelt over het pittoreske landschap.

zondag 1 februari 2009

zondag 1 februari

In Heimelijke vreugde van A. L. Snijders lees ik met mondjesmaat. De stukjes van Snijders - het zijn stukjes die hij voor de weekendeditie van de Deventer Dagblad Combinatie schreef - zijn het product van een fijnzinnig stilist. Op bladzijde 44 (een envoie aan de hoofdredacteur van de Deventer Dagblad Combinatie) citeert hij Man Ray: 'Ik ben niet geïnteresseerd in vakmanschap. Het wemelt in de wereld van vaklui, maar er zijn maar heel weinig handige dromers.' Waar Snijders aan toevoegt dat het geen betoog hoeft dat hij het eens is met Man Ray: 'Daarom heb ik deze opmerking ook in een boekje genoteerd.'
De fuif van gisteravond - 't was niet echt een fuif, we dronken bier, stookten de houtkachel op tot het ding trilde - zorgt voor een trage en moeizame ochtend. Ik lees wat in Heimelijke vreugde en neem de inbox door, aanvankelijk met tegenzin want 't is altijd wat. Geen televisie, geen radio, geen leeg gelepeld dagbladvulsel. Wel herinner ik me dat Judith had gezegd dat we naar een film hadden kunnen kijken.
Dat gedoe met youtube gaat gauw vervelen.

Reinhard belt me. Alles goed, vraagt hij. Alles goed? Wat moet een mens daar op antwoorden. Met Snijders: 'op een ochtend wordt de wereld wakker en haar plaaggeesten zijn verdwenen, de mensen zijn weg.' (elk stukje van Snijders heeft meer van dit soort zinnen: 'opluchting. Niet meer alleen.')
En hoe het met Brainbox zit... Reinhard wil weten hoe het Brainbox zit, ha ha ha. Hoe het met Brainbox zit. Straks is er een pannekoekenfeest, zeg ik. (Reinhard schatert) De fuif van gisteravond werd wat we dachten of in elk geval wat we verwacht hadden terwijl we natuurlijk net zo goed wisten dat je geen verwachting hebben moet. Zit je toch maar nodeloos te piekeren.

Gisteren kwamen Daniëlle en Annelouk een kijkje nemen. Lieve, het zusje van Annelouk, lag veilig opgeborgen in een wagentje. Straks zitten ze in Australië, de hele familie. Daniëlle heeft een zus die in Adelaide woont. Volgende week is er een afspraak met Stefaan en Steffie. Uitzoeken hoe ze unit 7 aanpakken. Daniëlle in het withete zonlicht aan de zuidkust van Australië, Steffie en Stefaan in de frigobox van de witte ruimte. Daniëlle werkt wel vaker op die manier. Na Australië heeft ze een afspraak in Groningen met kunstenaars die op dat moment een project in Ijsland hebben. Long distance. We keken naar filmpjes van Barbapapa en beertje Collargol, Annelouk is er gek op. Daniëlle is er mee opgegroeid. Bart en schrijver dezes zijn van de generatie van Kapitein Zeppos. Later is er beertje Collargol van Jiskefet. Vraagt Annelouk zich af wat dat vuur daar hangt te doen. 'Het zit aan elkaar vast,' besluit ze. Het dak en het vuur.

Het recept heb ik van m'n grootmoeder. Meel is het basisingrediënt. Wat voor soort meel je gebruikt, doet er eigenlijk niet toe. Zelfrijzende bloem, tarwe, spelt of boekweitmeel, het eindresultaat is een sluier van deeg die zo dun is dat een zucht volstaat, het smelt op de tong.
Het hele idee is dat je het deeg zo dun en consistent maakt dat het op dik water lijkt. Mijn ervaring met pannekoekendeeg is dat je het zo waterig kan maken als je maar wil, zolang je er maar voor zorgt dat het binnenin dik en elastisch blijft.
Zout, gesmolten boter, vanille of suiker, het eigeel van minstens 3 eieren (hangt van de hoeveelheid meel af), alles traag dooreen mengen. Het is belangrijk dat het traag en snel gebeurt. De specie traag dooreen mengen, traag maar met een snelle beweging, daar gaat het om. De boter en het eigeel maken het deeg gladder. Breng het deeg op smaak met een vlok kaneel, eetlepel. Klop het eiwit op tot het stijf staat als sneeuw. Roer het eiwit door het deeg zonder het deeg aan te raken.

We staren naar de houtkachel. Bart had alles bij wat we nodig hebben. Judith springt binnen, wat later Melanie. Els en Ide komen er bij zitten. Het wordt een trage dag, we kijken naar Playtime van Jacques Tati en drinken koffie. Jan springt binnen.

donderdag 22 januari 2009

dinsdag 20 januari 2009

maandag 19 januari

mailtje van Bart

alle verwachtingen overtroffen
alles gebeurde gewoon
rond het vuur
er werden verhalen verteld
en on line gesurft op het wereldwijde web
er werd brood gebakken en wijn gedronken
gedanst en gelachen
en toen was er licht
in de brainbox

zaterdag 17 januari 2009

zaterdag 17 januari

Timmeren, staren, draaien, dweilen, een inventaris van werkwoorden.
Ververs dweilt, Doubrawa timmert. Bart staart naar de houtkachel en draait een sigaretje. Hout, water, wind, vuur.

De tweede editie van Brainbox is een brede en trage stroom. Geen spektakel, er is geen spektakel. De abrupte en grootse interventies die van de eerste editie van Brainbox een historische gebeurtenis maakten. Ik citeer De Morgen. In de vulgarisatie van wat wereldwijd gebeurt is dit dagbladvoer bij de term historisch aanbeland. Miskleun? Farce? Het blijft achterwege. Alles is historisch. Het vallen van de muur, het heropbouwen van de muur, het meisje dat ze dood ranselden, ze pisten in de mond van een gevangene, kak spuit uit de bek van het politieke establishment, stront druipt van de vlaggen, de wapperende vlaggen van het politieke establishment, zeikend storten de verkozenen zich te pletter.
Hout, water, wind, vuur. Unit 5 beperkt zich tot het ritueel van de elementaire dingen.

Inhoud, is dat buiten- of binnenkant? Met een lege fles over een lap deeg rollen. En de grap: er is geen inhoud. Buiten- en binnenkant zijn hetzelfde.
Argument: in de intussen lege fles hadden we een tempranillo, Pago de Ados. En het tegenargument, de dronkenschap van het vuur.

Zo stapt de krijger: van vuur naar vuur.

Gerd dweilt. Het kistje, waar Doubrawa mee bezig is, is voor de dataprojector.

vrijdag 16 januari 2009